Ronny de Rups helpt kinderen met verwerken van verlies

In mijn praktijk als kinder- en jongerencoach krijg ik regelmatig kinderen en jongeren die met de dood te maken hebben. Van één van de ouders, grootouders of van een broertje of zusje. Of met ander verlies, bijvoorbeeld bij scheiding. Ik help deze kinderen met het verwerken van verlies.

Belangrijk is dan dat er in de coaching een plaats komt voor de overledene. Ik ken de naam, vraag een foto mee te nemen en we praten over hoe hij of zij gestorven is. Soms blijft het daarbij en soms wordt het verwerken van het verlies onderdeel van de coaching. In mijn boek ‘Hoe houd je het gezellig thuis?‘ beschrijf ik hoe je een rups kan gebruiken als je met kinderen over verlies wil praten. Ronny de Rups, zijn lijf is opgebouwd uit verschillende segmenten: hard, zacht, prikkelig, glad en ruw. En nadat hij zich heeft ontpopt, wordt hij een prachtige vlinder.

Ronny de Rups helpt je kind met verwerken van verlies

Ronny de rups met zijn verschillende materialen als metafoor voor het leven van het kind. De ene dag is een ‘harde’ dag en de volgende ‘zacht’. De ene dag mis je de overledene of mis je het feit dat je ouders niet meer samen in één huis wonen. De andere dag kan je je vrolijk voelen en ben je met andere dingen bezig. In het begin zullen de dagen, weken en de gevoelens misschien hevig op en neer gaan of naar binnen gericht zijn. Na verloop van tijd kan het kind zonder angst of hevig verdriet denken aan de geliefde overledene of aan de scheiding en de gevolgen ervan. Dan kan het kind zich weer naar buiten richten en uiteindelijk uitvliegen als prachtige vlinder.

 

Hoe maak je Ronny de rups?

Wat heb je nodig:

• lapjes van 26 bij 8 cm. Bij voorkeur verrschillend van kleur en van structuur en zachtheid.
• groen stof, rond 21 cm doorsnede
• groene stof voor de voelsprieten
• 2 verschillende kleuren vilt of stofvoor de ogen
• fiberfill
• evt. band in verschillende kleuren
• knoop
• schaar
• naaimachine
• naald en draad

Zo maak je het:

Naai alle lapjes (van 26 bij 8 cm) met de lange kanten aan elkaar.

Je krijgt dan een lange lap. Naai die ook weer met de lange kanten aan elkaar en vul die slang met fiberfill. Tussen de verschillende segmenten kan je eventueel bandjes in verschillende kleuren naaien.

Knip daarna uit de groene lap een cirkel van 21 cm doorsnee voor de kop. Rijg om de rand van de cirkel een draad, die, als je hem aantrekt, zorgt dat je een kop krijgt. Vul ook de kop met fiberfill. Knip uit twee verschillende kleuren vilt of stof rondjes voor de ogen en naai de twee rondjes over elkaar op de rups. Borduur er een mond op. Naai en vul de twee groene voelsprieten en een knoopje voor de staart. Naai dan de kop en voelsprieten aan elkaar en tenslotte de kop en het staartje aan het lijf. Klaar is de rups!

Bij dit thema past een mooi verhaal om voor te lezen en over te praten: PIJN van Toon Tellegen uit het boek Misschien wisten zij alles.

[ssba]