By 18 september 2015 1 Comments Read More →

Oppasoma of opvang?

Het was overal in het nieuws. Je kon het eigenlijk niet missen. De meeste opa’s en oma’s vinden oppassen op hun kleinkinderen vaak te zwaar, maar durven dit niet te zeggen tegen hun kinderen. Het duurde dan ook niet lang of ik werd door mijn dochter getagd in een facebook bericht hierover: ‘’Mam, hoe zit dat met jou?’’. Ik moest lachen, want ongeveer elke week zegt ze: ‘’Je zegt het toch wel mam, als het je te veel is hè? Ik weet dan wel niet wat ik moet, maar eerlijk zeggen hoor!’’

Oppassen of opvang oppasoma

Oppassen of opvang

Ik heb een vertekend en een wat bevooroordeeld beeld over de kinderopvang en dat weet ik. Hoe dat komt? Tsja, als kindertherapeut werd ik geregeld gevraagd om kinderen (en leidsters) te observeren bij problemen in de kinderopvang. Ik ga hier niet vertellen wat ik allemaal gezien heb, maar ik werd er niet blij van. Ik trof in het algemeen een danig tekort aan empathie en unieke aandacht vanuit de leidsters. Ik weet het, er zijn vast heel veel goede kinderopvangs met tevreden ouders en gelukkige kinderen. Alleen ik heb ze helaas niet gezien. Dus voordat lezers hier boos worden en geïrriteerd raken op mij.. Dit is mijn ervaring en mijn waarheid geworden en ik realiseer mij goed dat dit niet DE waarheid is. Iedereen heeft nu eenmaal zijn eigen waarheid.

>> LEES OOK: Kunt u even op mijn dochter passen?’ Een oppasoma vertelt

Toen mijn dochter dan ook zwanger raakte ruim vier jaar geleden, riep ik direct dat ik oppasoma wilde worden. Dat kwam goed uit voor mijn dochter en schoonzoon: onregelmatige werktijden, geen kosten en veel liefde voor hun kind. En zo werd ik vaste oppasoma (samen met opa) van eerst mijn kleindochter (nu ruim 3 jaar) en later ook nog mijn kleinzoon (nu bijna 15 maanden). We maakten afspraken over eten, snoepen, suiker, drinken, slapen, spelen, tv kijken etc. etc. Niet hele vaste afspraken, maar eerder een soort van kader, waarin mijn dochter en ik elkaar konden vinden. Tot nu toe gaat dit prima. Opa en oma, kleinkinderen en hun papa en mama happy.

Sociale ontwikkeling
Er is nog wel een dingetje waarover ik mij opwind aangaande verschil tussen oppasoma’s/-opa’s en opvang. Kinderen die bij hun opa en oma zijn in plaats van op de opvang, zouden zich minder goed sociaal ontwikkelen. Wat een nonsens! Gebaseerd op achterhaalde ideeën waarbij grootouders flink op leeftijd zijn en vooral alleen met de kleinkinderen thuis zijn. Nou, deze oma is nog flink actief en (relatief) jong, gaat naar (indoor) speeltuinen, parken, boodschappen doen, koffie drinken met andere oma’s/mama’s met (klein)kinderen. Echt, ik heb er alle begrip voor als ouders er voor kiezen om hun kinderen naar de opvang te doen. Zij zullen daar hun eigen goede redenen voor hebben. Maar het is niet waar dat kinderen op de opvang beter sociaal ontwikkeld zijn dan kinderen die daar niet naar toe gaan. Sociale ontwikkeling heeft te maken met het unieke karakter van het kind, meegekregen normen en waarden vanuit het gezin en de omgeving (voorbeelden) en het aanleren van gedragingen/opvoeding. Toen mijn kinderen klein waren, bestond de kinderopvang niet en heus ze zijn best aardig sociaal ontwikkeld. Het was daarom ook grappig toen mijn kleindochter voor het eerst naar de peuterschool ging en de juf was vroeg op welke opvang zij was geweest, omdat ze zo sociaal begaafd was. “Bij oma’’, antwoordde mijn dochter (en belde mij gillend van het lachen op).

Zwaar?
Kortom, het is genieten om weer de ontwikkeling van kinderen van je eigen vlees en bloed te mogen meemaken. Hun eerste stapjes, hun eerste woordjes, de herkenning van mijn kinderen in mijn kleinkinderen. Ik roep wel eens in een grapje dat het hebben van kleinkinderen leuker is dan van kinderen.. Is natuurlijk niet zo, maar logisch het voelt wat gemakkelijker. Ik heb nu wat meer tijd en ervaring en minder stress, dan toen ik werkende moeder was met vier jonge kinderen en een man die vaak op reis was. Toch is het zo dat ik het ook wel eens zwaar vind. Ik ben best moe na twee volle dagen oppassen, probeer altijd met ze naar buiten te gaan, leuke dingen te doen, maar ook boodschappen, koken en opletten moet gebeuren. Gelukkig is het middagslaapje er nog en kan ik dan nog snel wat aan mijn werk doen, want ook dat gaat door. En dan is er nog mijn rug. Ik hoor van collega-oma’s dat dit heeeel herkenbaar is. Die pijn in mijn rug van al dat tillen. Uit hun bed, uit de box, kinderstoel en het meest erge de autostoeltjes en die buggy. Gelukkig is er de fysio, die wat wervels manipuleert en dan kan ik er weer tegen.

Maar goed, mijn dochter vroeg dus of het oppassen mij te zwaar was en of ik dit wel durfde te zeggen. Ik antwoordde haar dat het soms wel zwaar en vermoeiend is, maar dat ik dit alleszins de moeite waard vind. Dat ik dit best tegen haar durf te zeggen en me dan toch tegelijkertijd schuldig voel. Want ze hebben het druk mijn dochter en schoonzoon. Ze werken veel, hebben een huis gekocht en zijn bezig met de verbouwing. En ik weet ook dat mijn dochter zich soms schuldig voelt. Naar mij toe en naar haar kinderen, dat ze wel minder zou willen werken, maar dit gewoon niet kan.

Conclusie
Ik ben én blijf graag oppasoma. Ik vind het gezellig en geniet! En tegelijkertijd is het ook wel eens zwaar. Ik durf dat tegen mijn dochter te zeggen en ook dat het bij twee dagen blijft (uitzonderingen daar gelaten). Volgens mij gaat het mis, wanneer opa’s en oma’s geen nee durven te zeggen of geen grenzen aangeven. En hun kinderen daardoor (onbewust en wellicht onwetend) steeds vaker de kleinkind(eren) gaan brengen. Waardoor oppassen een verplichting en zwaarder gaat worden. Openheid, eerlijkheid en gelijkwaardigheid tussen ouders en kinderen is nodig om de balans te bewaren.

[ssba]
Posted in: Opvoeden

Auteur:

Hadassa Voet is integratief kindertherapeut en moeder van vier volwassen kinderen (3 dochters, 1 zoon) en sinds 2012 trotse (oppas)oma van een kleindochter en kleinzoon. Lees meer >>